26 sep 2023

Nederlands in de wereld

Per jaar volgen duizenden studenten in veertig verschillende landen een opleiding Nederlands aan een universiteit of hogeschool. Van China tot Argentinië, van Amerika tot Indonesië, en dichter bij huis, zoals in Duitsland, Polen en Servië. Waarom eigenlijk?

In de maandelijkse rubriek van onze nieuwsbrief vragen we het studenten, docenten en onderzoekers. In deze editie vertelt Austen Van Burns, kandidaat-doctorandus bij de afdeling Geschiedenis van Princeton University, haar verhaal aan de hand van vijf vragen. 
 
1. Welke studie heb je gevolgd? 
Ik studeerde klassieke talen, maar ik ben nu bezig met mijn doctoraat in de moderne Europese geschiedenis. Ik onderzoek de geschiedenis van de wetenschap in het begin en het midden van de twintigste eeuw, en dan met name het gebruik van “beeldtalen” en grafische afbeeldingen voor wetenschappelijke communicatie. Destijds bestond het idee dat afbeeldingen een nieuwe, universele taal zouden kunnen worden, die mensen door middel van onderwijs zou verenigen. 
  
2. Waarom ben je deze studie gaan doen? 
Ik geniet van geschiedenis, omdat ik over alles kan leren waarin ik geïnteresseerd ben – alles zolang het maar in het verleden is gebeurd. Ik verveel me nooit en ik leer zelfs nieuwe talen, zoals Nederlands! 
  
3. Wat doe je nu met het Nederlands? Hoe gebruik je de kennis van de taal en cultuur die je in je studie hebt opgedaan (in je werk)? 
Ik gebruik Nederlands voor mijn promotieonderzoek. In de Verenigde Staten, waar ik vandaan kom, stond in de boeken die ik op school las niets over Nederlandse geschiedenis. Maar nu ik het twintigste-eeuwse Europa nader onderzoek, zie ik bijvoorbeeld dat vluchtelingen die in de jaren dertig fascistische regimes ontvluchtten naar Nederland kwamen en zich voegden bij indrukwekkende geleerden die al in het land waren, zoals de wiskundige L. E. J. Brouwer en de econoom Jan Tinbergen. De mensen die in Nederland nieuw waren en degenen die daar waren opgegroeid, creëerden samen een levendige intellectuele gemeenschap. 
 
Helaas viel de gemeenschap in 1940 uit elkaar en werden de geleerden die konden vertrekken voor de tweede keer vluchteling. Velen bleven echter tijdens en na de oorlog bij hun Nederlandse vrienden en collega’s – soms hun hele leven. Ik denk dat meer onderzoek op dit gebied zou kunnen aantonen hoe duurzaam en belangrijk deze verbindingen waren. 
  
4. Wat vind je het mooiste Nederlandse woord en waarom?  
Ik hou echt van het “ui”-geluid, maar ik kan er niet één goed woord bij bedenken, dus daarom kies ik voor “pinda”. Toen ik het woord voor het eerst zag, deed het me denken aan het Engelse woord “panda”. Als ik het woord zie, denk ik aan een panda die pinda’s eet, wat me doet glimlachen. 
 
5. Wat vind je de mooiste/interessantste Nederlandse tekst en waarom? 
Straatnaamborden zijn interessant! Toen ik voor het eerst in Nederland was, kon ik ze niet vinden. Ik was gewend aan de Amerikaanse borden op palen, en niet aan de Europese borden aan de zijkanten van gebouwen. Daardoor begon ik heel goed naar de borden te kijken, waardoor ik hun details op ging merken. Vaak geeft de typografie van de borden weer wanneer ze zijn opgehangen. Mijn favoriet zijn oude borden die door planten overgroeid zijn – dat betekent meestal dat ik op het punt sta door een gezellige en rustige straat te lopen. 

Nederlands internationaal

De Taalunie wil de rol en meerwaarde van het Nederlands internationaal zichtbaar maken en beter benutten door het onderwijs, onderzoek en gebruik van de Nederlandse taal en Nederlandstalige cultuur te versterken en door internationale netwerken rond Nederlands verder uit te bouwen en met elkaar te verbinden. Studenten, docenten en onderwijsinstellingen, die buiten het taalgebied actief met het Nederlands bezig zijn, ontvangen verschillende vormen van steun. Verdere duurzame relaties komen er bijvoorbeeld door de juiste partners met elkaar in contact te brengen, door financiële ondersteuning van netwerken, gastdocenten, gastschrijvers, conferenties en projecten, maar ook door het toegankelijk maken van deskundigheidsbevordering, cursussen, toetsingsmogelijkheden en informatie over leermiddelen. 

Meer informatie over het belang van het Nederlands internationaal.