Veronika Wenzel – zelf NVT-docente in Duitsland – heeft er vier maanden gewoond om met steun van de Taalunie onderzoek te verrichten naar de houdingen van docenten in het voortgezet onderwijs in Aruba en over hun manieren van denken en handelen. Ook heeft ze NVT-docententrainingen verzorgd die nu geïmplementeerd zijn in de lokale lerarenbijscholing.
De studie laat onder andere zien dat het voortgezet onderwijs officieel helemaal gericht op de examens en schoolboeken die uit Nederland komen en een vervolgstudie in Nederland beloven. Toch zijn in de realiteit de lessen vaak meertalig omdat de moedertaalmethodes te moeilijk zijn voor de leerlingen. Deze spreken vier talen: Papiamento, Engels, Spaans en Nederlands, maar hebben natuurlijk niet het taalniveau van een moedertaalspreker. De docenten vertalen en verliezen tijd voor interactie in de klas, zeker in het Nederlands.
Het onderzoek geeft uitgebreid inzicht in de systemische complexiteit van het onderwijs en hoe de betrokkenen tegen het taalgebruik op school aankijken. Docenten en ook studenten en leerlingen komen aan het woord. Vragenformulieren, lesbezoeken, gesprekken en focusgroepen leveren interessante data over ‘beliefs’ en de netelige talenkwestie op school. De analyse leidt ook tot een aantal aanbevelingen voor een plurilinguale aanpak in het Arubaanse onderwijs die rekening ermee houdt dat het Nederlands een vreemde taal is in Aruba.